Technische specificatie
Werkspanning | Werkstroom (24VDC) |
Werkstroom ((24VDC) | Verzender: ≤8mA Ontvanger: ≤30mA |
Fotocelgolflengte | 940 nm |
Hoek van tegengestelde emissie | ≤ ± 5° |
Receiverbereik | ≥ 12 m |
Interne rotatiesysteem aangepaste hoek | ± 90° |
Werktemperatuur | -20°C~+60°C |
Relaiscontactbelastingcapaciteit | 1A/30VDC |
Grootte | 1 100*40*35 mm |
Veiligheidsinstructies
1.Voor de beveiliging moet u de gebruiksaanwijzing zorgvuldig lezen vóór de eerste bediening;
2Deze fotocel is zonder zekerheid, dus zorg ervoor dat de stroom is uitgeschakeld voor de installatie.
3. Alleen gebruikt dit systeem dat geen gevaar voor leven of eigendom veroorzaakt tijdens het uitvoeren van de storing of de veiligheid risico's worden geëlimineerd;
4Gelieve te garanderen dat de gebruikte producten in een effectief werkbereik zijn.
Installatie-instructie
4.1 In de bovenstaande afbeelding is de ontvangmodule J4 de optie-schakelaar voor NO en NC van de fotocelschakelaar.
4.1.1 Wanneer de kortsluiting op NO staat, is deze normaal gesproken open.
4.1.2 Wanneer de kortsluiting op NC is afgesloten, is deze normaal gesloten.
4.2 Installatie
4.2.1 De fotocellen moeten meer dan 20 cm boven de grond worden geplaatst (om reflectie te voorkomen) en de afstand tussen zender en ontvanger meer dan 50 cm.
4.2.2 De eindgebruiker dient de fotokel aan de achterzijde van het rechtstreekse zonlicht of een andere sterke lichtbron (± 5°) te installeren om de fotokel goed en gestaag te laten werken.
4.2.3 Vermijd het installeren van andere infrarood-fotocelemittenten op de effectieve afstand van de ontvanger.
4.2.4 Indien de eindgebruiker in dezelfde rechte lijn een andere fotocel moet installeren, kunnen de ontvangers aan beide uiteinden worden geïnstalleerd en de zenders achter elkaar.
4.2.5 Een stabiele installatie kan voorkomen dat het signaal van de zender en de ontvanger vervormd wordt door lichte trillingen en de storing.
4.2.6 Wanneer het product op een plaats met een hoek wordt geïnstalleerd en de gebruiker de PCBA kan aanpassen om de installatie beter te maken.
4.2.7 Sluit na de inspectie het stroomnet aan, wanneer de kortsluiting bij NO, de LED van de zendermodule wordt ingeschakeld, de LED van de ontvangermodule wordt ingeschakeld, het contact met de ontvangermodule NO/NC bij ON;wanneer de kap van zender en ontvanger in lijn wordt gezet, ontvanger module LED is uitgeschakeld, NC/NO is uitgeschakeld; wanneer iets of iemand de sensor beschut, ontvanger module LED zal worden ingeschakeld, NO/NC contact is ON. Wanneer kortsluiting cap is op NC,de toestand van NO/NC is tegengesteld aan het bovenstaande verschijnsel.
Voor meer informatie, zie de gebruikershandleiding
Contacteer op elk ogenblik ons